Door Wouter van der Schaaf– Komende week gaan de scholen weer open. Na zeven weken zijn de kinderen weer in de lokalen. Waar staan de leerlingen in het leerproces? “Het is altijd goed om jezelf straks de vraag te stellen of je de voort- en achteruitgang van leerlingen wel helemaal kan toeschrijven aan de lockdown en online onderwijs. Het is niet één-op-één met elkaar te verbinden. Er zijn zo veel meer factoren die meetellen.” Ingrid Greif gaat niet mee met makkelijke verklaringen en redenaties. De openingszet voor een tweegesprek op twee Talent Primair locaties.

Toetsen

“Vorige week zouden we de AVI en de DMT afnemen”, zegt Cynthia Kok. “Dat doen we komende weken als de kinderen weer terug zijn op school. Pas dan kunnen we echt meten of er eventuele hiaten zijn. Maar ik verwacht niet voor grote verrassingen te komen staan met deze groep. We zitten er dicht op bij iedereen. En vier keer per week een half uur begeleidt de klasseassistente de zwakkere leerlingen.” Ingrid van groep 5/6 van de Dr. Maria Montessorischool in Huizen: “Ik heb wel een goed beeld hoe het met de leerlingen gaat. Bij wie het online onderwijs soms duizelt. Ik snap dat het ouders ook regelmatig duizelt. Daarom proberen we zo goed mogelijk inzicht te geven in planning en werkwijzen.”

En straks?

Wat gaan we volgende week zien wanneer de scholen weer opengaan? ”Daar ben ik oprecht nieuwsgierig naar”, zegt Cynthia, ”Hoe de leerlingen straks weer binnen stappen. Hoe ze in die bijna twee maanden gegroeid zullen zijn. En waar ze zijn met leren en lezen, de çore business van groep drie.” Ingrid: “Wanneer de kinderen weer op school zijn, zullen we een meting moeten doen over hoeveel het kind is gevorderd. We hebben nu wel de bloktoets voor rekenen thuis laten maken, maar of de uitkomst 100% valide is? Niet zeker. Maar met die beperkingen moeten we leven. En laten we wel wezen: als de hulp van de ouder ertoe heeft geleid dat het kind het vraagstuk begrijpt dan is dat voor mij belangrijker dan dat ik een voldoende of een onvoldoende voor een toets kan noteren. Want het gaat er omdat het kwartje valt! We gaan het straks allemaal zien.”

Meer dan wat meetbaar is

“Je kan als kind niet altijd in alle vakken tegelijkertijd een sprong vooruit maken”, merkt Ingrid op. “Leren is vooral een golfbeweging. Ik zie maar al te vaak dat plotseling bij een kind het inzicht komt. Een prachtig moment. En dát, dát moment, mis ik vreselijk bij online onderwijs: we hebben nu geen goed zicht op de kwartjes die vallen.” Die sprongsgewijze vooruitgang is zeer zeker ook te merken bij leerlingen van groep 3. Cynthia: “Juist in januari zie ik bij heel veel kinderen de sprong van ‘kleuter af’ naar ‘groep-drie-leerling’. We zullen de komende weken heus nog wel voor verrassingen komen te staan. Niet zozeer op leergebied als wel hoe de kinderen zich weer tot elkaar in de klas gaan verhouden.”

Van ´meet´ naar ontmoeting

En juist over dat laatste – hoe keren kinderen weer terug in het lokaal – valt veel op te merken. Ingrid: “Juist na de periode van online onderwijs moeten we er voor zorgen dat we bij terugkeer in de lokalen het sociale weer weten op te bouwen. Want ik zie de verhoudingen, de hiërarchie verschuiven bij online lesgeven. Het is een totaal ander leven, samen hier in de klas of online in de “meet”.

Het wordt dus weer hard werken om de sociale samenhang tot stand te brengen waarin alle leerlingen een plek vinden, beamen beiden. “Groepsvorming, daar moet ik zeker weer scherp op zijn”, zegt Cynthia. “Ik kreeg in augustus leerlingen uit twee groepen 1-2 met behoorlijk verschillende dynamiek. Dat kan straks nog best boeiend worden.”

Kortom, veel dynamiek, herstel van groepsverband, zien waar iedereen staat de komende week na terugkeer in de lokalen.